Hulpverlening en ´Het schuldgevoel dat je bestaat´
Kort geleden is de groepstherapie van JIN nakomelingen bij Centrum 45 afgerond. Vanaf 2000 heeft psychotherapeut drs. Dirk Wepster ervaring met JIN cliënten. Aanvankelijk in individuele trajecten, en de laatste zes jaar aanvullend daarop met groepsgesprekken met zo’n vijf of zes nakomelingen. Er lopen nog wel individuele behandelingen. Wat is hierover te vertellen?
Voorop staat dat veralgemeniseren lastig is omdat de variaties in de individuele geschiedenis van nakomelingen zo groot zijn. Om een paar belangrijke punten te noemen: is de boodschap over de Japanse afkomst in de kinderjaren gegeven of (veel) later; en door wie; groeide het kind op in Indonesië (tot 1968) of in Nederland (vanaf ca. 1950); was de gezins- en familiesituatie na 1945 (weer) betrekkelijk stabiel (steun van moeder en goede stiefvader) of (zeer) chaotisch of zelfs bedreigend (geen steun van moeder/weeskind/geen vader/slechte stiefvader); is de Bersiap tijd goed doorstaan of traumatisch verlopen (in dat geval is dat veelal de basis voor aan nakomelingen toegekende WUBO-uitkeringen); waren anti-Japanse sentimenten in de (familie)omgeving heftig aanwezig of betrekkelijk gering en hoe ernstig was de impact in verband hiermee op de ontwikkeling van een eigen identiteit.
In het dagblad Trouw van 15 Augustus 2013 vertelde een JIN lid dat zij het hoorde van haar moeder toen zij 18 was. Haar moeder had in Surabaya een liefdevolle relatie gehad met een Japanse man. De boodschap deed haar niet zoveel. Ze was met andere dingen bezig en haar stiefvader (sinds 1948) was echt een papa voor haar. “Ik ben zó harmonieus opgegroeid.” Zo zijn er meer, maar anderen waren niet zo gelukkig.
Wepster zegt desgevraagd: “In de behandelingen zijn mij psychische problemen duidelijk geworden waarmee Japans Indische nakomelingen kunnen kampen. Het gaat om depressieve klachten zoals slaapproblemen, gevoelens van zinloosheid, gemis aan toekomstperspectief, somberheid, gebrek aan eetlust, enzovoort, en ook woede-uitbarstingen. Die laatstgenoemde gedragingen kunnen gepaard met angstklachten ook voeren tot de diagnose PTTS (posttraumatisch stress syndroom). In Indië (Indonesië) en later in Nederland kan er sprake zijn geweest van zeer beangstigende situaties. Het wonderlijke is dat men met het voortschrijden der jaren deze angsten en gevoelens ziet terugkeren en verhevigen. Voor de diagnose PTTS zijn bepalend: ‘intrusies’ dat wil zeggen sterk indringende beelden of geluiden waarvan men zich niet meer kan losmaken (bv Tv-beelden over kinderen in oorlogsgebieden); gepaard aan gedrag om die ‘intrusies’ kost wat kost te vermijden (binnenblijven; geen TV kijken); én ook lichamelijke opwinding alsof men weer acuut bedreigd wordt.”
Zoals prof. Doreleijers op de laatste JIN relatiedag (september 2013) uitlegde is het nuttig om goed het onderscheid in het oog te houden tussen gedragsproblemen en gedragsstoornissen. Hij gaf het voorbeeld van bedplassen van een kind: dat is een probleem, geen stoornis. De eerste zijn in principe zelf met familie, partners of vrienden oplosbaar, de andere belemmeren in hoge mate het dagelijks functioneren en daarvoor is deskundige hulp nodig. In het geval van de problemen van nakomelingen is hulp van partners en lotgenoten in verenigingsverband vaak waardevol gebleken, en bij een gedragsstoring gaat van de groepstherapie met lotgenoten, een heilzame, genezende werking uit, aldus Wepster.
Waar veel nakomelingen mee te maken hebben gehad, in het bijzonder degenen die opgroeiden in een Indische omgeving, was het beeld van de (wrede) Jap. Chantal Maschke, zelf kind van een Japans-Indische moeder, heeft onderzoek gedaan naar deze groep en naar de problemen die zij hebben ondervonden. Bij de 15 augustus Herdenking in 2008 heeft zij daarover een toespraak gehouden. De geïnterviewde nakomelingen gaven kort gezegd aan: gemeden, genegeerd en gepest worden, de vertrouwde identiteit kwijt raken, zwijgzaamheid in de omgeving, schaamte- en schuldgevoelens over de Japanse afkomst, problemen met het gevoel van eigenwaarde.
Wepster: “Onderliggend zijn er vaak gevoelens van schaamte en schuld bij het doorgemaakte over zichzelf. Vanzelfsprekend vloeit hieruit een bestaansisolement voort. Deze bemoeilijken de gezonde vorming van identiteit. We kunnen van een gezonde ontwikkeling spreken als er een mogelijkheid is voor kinderen zich te identificeren met de vader en moeder, In geval van kinderen met een Japanse vader is dit een groot probleem. Het gemis aan vaderidentificatie kan zich bij sommigen laten zien in een bijna onverzadigbaar verlangen naar een teken van verbondenheid vanuit Japan.”
Waarom ‘schuldgevoelens’? De nazaten weten toch ook wel dat het oorlogsleed niet in hun schoenen kan worden geschoven? In 1994 is een filmdocumentaire gemaakt door AVA Productions BV (Lindwer, Edelstein, van Coeverden) die in 1995 door de NCRV is uitgezonden. Daarin worden de JIN leden Joan, Ron Hilgers, en Freda geportretteerd (en Nanny). De titel is ‘Het schuldgevoel dat je bestaat’. Joan brengt onder woorden dat ze “het gevoel heeft dat ze schuldig is; dat je aanwezigheid niet kan voor mensen die geleden hebben. Dat er een soort basisgevoel is, lijkt het, ik had er eigenlijk niet mogen zijn of zo.” Ook Ron zegt iets dergelijks.
Wepster: “ In de behandeling wordt getracht door middel van psycho-educatie het inzicht in de klachten te vergroten. Ook door erkend te zien worden dat er in het opgroeien een buitensluiten plaatshad. Vaak was er ook regelrecht uiten van haat naar alles wat met Japanners te maken had. Te velen van de JIN kinderen kregen het gevoel ongewenst te zijn en schaamden zich voor hun bestaan, Doel is de pijn hierom heen te erkennen en met meer recht op zuurstof verder te kunnen gaan leven.”
Om misverstand te voorkomen, de nakomelingen die in de filmdocumentaire van AVA (1995) voorkomen, hebben niet aan de voren vermelde groepstherapie bij Centrum 45 deelgenomen. Vele nakomelingen hebben in de loop van de tijd hun leven goed kunnen opbouwen.
Klik voor de toespraak van Chantal op deze link hier, voor een toespraak van Wepster voor JIN in 2007 hier; voor artikelen over WUBO hier.